Nu ik plusminus 8 jaar Gelderse slenken bezit, ben ik nog steeds verliefd op dit ras. Mijn hele leven heb ik duiven gehad, in verschillende rassen en kleuren, maar op dit ras raak ik niet uitgekeken.
Voor mij is het heel belangrijk om goed de standaard te volgen, maar ook hun speciale vlieg kunst. Dit allemaal is nog niet zo gemakkelijk, om dit goed uit te voeren. Dus je kunt wel nagaan dat hier een behoorlijke strenge selectie uitgevoerd moet worden om een goede stam op te bouwen. Om te beginnen we willen graag een mooie soepele hals zien, met niet te veel blaaswerk. Ook een afhellende stand met de staart eigenlijk net niet op de grond. De kop mooi breed van voren iets op lopend met een vlakke achter schedel. De ogen (zie standaard) zijn nog al eens licht van kleur of hebben een Groninger slenken kleur, toch wel belangrijk om hier op te letten. De kleur is wel de minst belangrijke maar een mooi heldere kleur in alle kleurslagen komt toch mooier over. Je ziet op de tentoonstellingen in de kleuren nogal wat verschillen. Wat mij soms opvalt is als er geen soepeler hals op zit er vaak te veel blaaswerk bij de duif aanwezig is, en dat is jammer. Het blazen komt bij mij toch ook ieder jaar wel weer terug, dus deze worden dan weer weg geselecteerd, maar toch als de duif alles heeft maar wat blaast wil ik hier soms een enkeling toch houden en daar een goede duivin op zetten, dan kom je soms toch tot geweldige verrassingen wat er uit zo’n koppel komt. Je zult toch koppels moeten zetten wat weer afwachten is, maar het gaat om verbeteren, en je stam ieder jaar sterker te maken. Dit jaar ga ik ook meer op de kleuren letten bij het koppelen, heb altijd gezegd in tien jaar wil ik graag een goede stam hebben, ben wel op de goede weg denk ik, maar ben er nog niet. Heb nog 2 jaar de tijd hiervoor, en dan zal ik vermoedelijk een stap terug doen.
Afgelopen jaar heb ik een veertig tal jonge duiven gekweekt en als je dan ziet wat er over blijft is dat heel weinig. Dan spreek ik hier voor over de tentoonstelling.
Ook het vliegen valt nog altijd niet mee, opgeheven kop, daar kan ik ook zowat duiven op weg selecteren, kop te veel naar voren. De drie onderdelen van het vliegen zijn ook heel belangrijk, om op te selecteren (zie standaard) dit allemaal zijn voor mij belangrijk om op te letten bij het selecteren van mijn slenken. Ga toch graag naar een tentoonstelling toe en kijken hoe de keurmeester de duiven beoordeelt, en daar ontstaan soms weer mooie discussies over, niet eens wel eens met de keuring, niet erg maar een keuring is ook maar een moment opname, en daar moeten we het mee doen.
Vaak zijn wij er niet bij als de duif word gekeurd, op dat moment moet de keurmeester de duif beoordelen of hij/zij wel gaat staan zoals de standaard voor schrijft. Verder maakt het mij ook weer niet zoveel uit, want de sociale contacten op zo’n tentoonstelling zijn voor mij vele malen belangrijker. Moet wel zeggen dat ik tevreden ben over het show seizoen.
Vliegen ben ik minder over te spreken, dat lukte mij niet met de oude duiven, de jongen ging wat beter. Komt ook door de aanvallen van de roofvogel. Daar raken ze gestrest door en durven niet meer hun vlucht uit te voeren. Blijven dan wel langer vliegen maar geen holle staart meer als een waskom, dit was nog niet opgemerkt maar ook belangrijk die staart als een waskom. Ook op het vliegen ga ik meer mijn nadruk leggen met het koppelen. Heb de meest te kort en te brede vogels ook weg geselecteerd, om de wat langere en wat smalle dieren te houden ook volgens de standaard.
Hopelijk komen we op een tentoonstelling of ergens anders elkander nog eens tegen.
Jan Mepschen.